maandag 2 april 2007

Belgisch Kampioen Yann Demuysere geniet van zijn sport


Met de Noordzeetrofee sloten de Belgische zeilwagenrijders afgelopen weekend het BK af. Yann Demuysere uit Antwerpen toonde zich eens te meer de sterkste in de Klasse ,,Standart". Hoog tijd voor een kennismaking met deze sport.
Snelheid, rust en strand: ziedaar de unieke combinatie van het zeilwagenrijden. Hoewel de sport vooral recreatief wordt beoefend, groeit ook de belangstelling voor wedstrijden. ,,Zeilwagenrijden is een familiesport bij uitstek. Je merkt het ook aan het deelnemersveld: de jongste is 14 jaar, de oudste al 60", zegt Yann Demuysere, die het zeilwagenrijden al op jonge leeftijd leerde kennen via vader Robert. Demuysere woonde toen nog in De Panne, intussen week hij uit naar Antwerpen. Voor de stijgende populariteit van zijn sport heeft Demuysere een eenvoudige reden. ,,De snelheid ligt in het zeilwagenrijden veel hoger dan bij andere zeilsporten. Maar de grootste aantrekkingskracht gaat volgens mij uit van de natuur. Je bent heel nauw verbonden met de weerscondities op het strand. Dat is voor mij het prachtige aan deze sport.
"Om aan wedstrijden deel te nemen, heeft de bediende bij een expeditiebedrijf al eens een dagje vrijaf nodig.,,Ik hou er aan vast om deze sport op amateuristische basis vol te houden. Het is voor mij de uitdaging om zonder sponsoring aan wedstrijden deel te nemen. Niet zo gemakkelijk, want dit kost mij ongeveer 1000 Euro per jaar, vooral dan voor verplaatsingen. Maar ik heb het er voor over.",,Ik ben nu Belgisch Kampioen in mijn klasse, maar als ik op het WK 2008 wil staan, heb ik wel steun nodig. In september dit jaar vindt het EK plaats in Engeland. Daar moet ik top drie halen, want dan is de kans op subsidies van het BOIC veel groter. Het gaat er om spannen, want de concurrentie uit Frankrijk is niet min. Zij hebben natuurlijk het voordeel van een grotere kustlijn."
Demuysere ziet het trouwens nog veel verder eindigen met zijn geliefkoosde bezigheid. ,,Ik verwacht dat het zeilwagenrijden binnen een termijn van acht tot twaalf jaar kan toetreden tot de Olympische Spelen, als demonstratiesport weliswaar. Zowel de zomer- als de winterspelen zijn een mogelijkheid", besluit de 36-jarige Antwerpenaar. (skr)


Auteur : Kristof Somers , artikel uit het "Nieuwsblad" , editie Antwerpen , 30 maart 2007

Foto : Walter Carels